Een kapstok in de sneeuw

‘Wil jij met me sparren over het boek dat ik wil schrijven?’ vraag ik mijn zus in Spanje. ‘Dan verplicht ik me om iedere dag een hoofdstuk te schrijven en op te sturen.’

Die discipline heb ik op dit moment nodig. Het maakt niet uit wat er op het digitale papier komt te staan. Deleten kan altijd en anders zijn de herschrijfrondes er nog.

Mijn zus zegt ja. Ze vindt het leuk en vraagt me hoe een idee een verhaal wordt.

‘Ken je de sneeuwvlokmethode?’ Ik vertel haar dat ik het verhaal eerst in één zin samenvat. ‘Daarna breid ik het steeds met een aantal zinnen uit. Ook werk ik de personages uit. Als het goed is, heb ik uiteindelijk een kapstok waaraan ik het verhaal kan ophangen.’

 

Een flinke sneeuwbal verder hangt er van alles aan die kapstok. Ik leg het uitgewerkte verhaalidee aan mijn zus voor. Ze heeft wat moeite met de ontwikkeling van sommige personages, vooral met degenen met wie het niet zo best dreigt af te lopen. Kortom, ze zit helemaal in het verhaal. Ik kan gaan schrijven.